2. De socio-culturele dimensie van agro-ecologie

2.1 Agro-ecologie is verankerd in de cultuur, identiteit, traditie, innovatie en kennis van lokale gemeenschappen.

2.2 Agro-ecologie draagt bij tot gezonde, gevarieerde, seizoensgebonden en cultuurgebonden voeding.

2.3 Agro-ecologie is kennisintensief en stimuleert zowel horizontale (landbouwer-tot-landbouwer) relaties om kennis, vaardigheden en innovatie te delen, als allianties waarin landbouwer en onderzoeker evenwaardig zijn.

2.4 Agro-ecologie promoot en creëert kansen voor solidariteit en discussie binnen en tussen cultureel diverse groepen (bv. verschillende etnische groepen die dezelfde waarden delen maar andere toepassingen gebruiken) en tussen stads- en plattelandsbevolking.

2.5 Agro-ecologie respecteert diversiteit op het vlak van geslacht, ras, seksuele geaardheid en religie, creëert mogelijkheden voor jongeren en vrouwen, en moedigt leiderschap voor vrouwen en man-vrouwgelijkheid aan.

2.6 Agro-ecologie heeft niet noodzakelijk behoefte aan dure externe certificering omdat het kan steunen op producent-consumentrelaties en transacties die gebaseerd zijn op vertrouwen, waardoor alternatieven zoals PGS (Participatory Guarantee System) en CSA (Community-Supported Agriculture) worden gepromoot.

2.7 Agro-ecologie steunt mensen en gemeenschappen in het onderhouden van hun spirituele en materiële relatie met land en leefomgeving.

De impact van deze dimensie

Omdat het vertrekt vanuit de bestaande kennis, vaardigheden en tradities van landbouwers en voedselproducenten, is agro-ecologie uiterst geschikt om hun recht op voedsel te realiseren.[i] Het maakt de ontwikkeling mogelijk van gepaste technologieën die aansluiten bij de behoeften en omstandigheden van gemeenschappen van kleinschalige landbouwers, boeren, inheemsen, veehouders, vissers, herders of jagers-verzamelaars, in hun specifieke leefomgeving. In de meeste ontwikkelingslanden blijft landbouw de belangrijkste sector van tewerkstelling en daarom biedt deze sector ook de beste mogelijkheden voor inclusieve ontwikkeling. Ontwikkeling van de landbouwsector kan de plattelandsvlucht en andere vormen van migratie die leiden tot ontwrichting van families en gemeenschappen omkeren. Als mensen leren op agro-ecologische wijze de waardeketen te ontwikkelen en controleren tot aan de eindgebruiker, dan wordt het plattelandsleven en het beroep van voedselproducent (in landelijke en stedelijke omgeving) opnieuw aantrekkelijk en door de samenleving gewaardeerd. Bovendien zal dit leiden tot bloeiende lokale economieën, sociale samenhang en stabiliteit.

Door voedselproducenten centraal in voedselsystemen te plaatsen (uitwisseling van praktijken tussen collega’s, versterking van de vaardigheden van voedselproducenten, etc.), autonomie te verhogen en landelijke regio’s nieuw leven in te blazen, draagt agro-ecologie bij tot het geven van een nieuwe waarde aan de identiteit van boeren en tot het versterken van het zelfvertrouwen van boeren en hun betrokkenheid in hun lokaal voedselsysteem.

Door producenten en consumenten dichter bij elkaar te brengen in kortere, meer lokale waardeketens en de rol en stem van beide groepen te versterken, draagt agro-ecologie bij tot het herstellen van de rechtvaardigheid in het voedselsysteem door het los te koppelen van de macht van ondernemingen.

Lynn Davis, La Via Campesina (UK)

Krinshnakar Kumari, MIJARC (India) 

Het stimuleert vertrouwen en solidariteit in de relatie tussen producent en consument, en voorziet in voedzaam, gezond en cultuurgebonden voedsel voor beide groepen. Het steunt lokale voedseldiversiteit en helpt zo de lokale culturele identiteit te beschermen. Korte ketens beperken tevens de ecologische voetafdruk en vervuiling door het voedselsysteem doordat verwerking, verpakking en transport worden beperkt.

Agro-ecologie creëert mogelijkheden voor vrouwen om hun economische autonomie te vergroten en zo, in zekere mate, machtsverhoudingen te beïnvloeden, in de eerste plaats binnenshuis. Daarnaast creëert het ook nieuwe rollen voor mannen. Als beweging steunt agro-ecologie de rechten van de vrouw door haar inclusieve karakter, door het erkennen van de sleutelrol van vrouwen in de landbouw en door het aanmoedigen  van de participatie van vrouwen. Omdat agro-ecologie in essentie strijdt voor sociale rechtvaardigheid en emancipatie, zou de beweging altijd hand in hand moeten gaan met actief feminisme. De impact van agro-ecologie op genderrechtvaardigheid is immers niet automatisch. Daarom is blijvende aandacht voor het realiseren van gelijke rechten voor vrouwen bij het toepassen van agro-ecologie vereist.

Voorbeeld 1: Toegang tot land en agro-ecologie: bijdragen tot vrouwenemancipatie in India

Sociale verandering en empowerment van vrouwen zijn sleutelelementen in het agro-ecologische proces. Een recente studie in Maharashtra, India, bij 400 kleinschalige landbouwersgezinnen, toonde hoe vrouwen op een duurzame en gediversifieerde manier voedsel konden produceren nadat hen toegang tot grond werd gegeven. In deze regio mochten vrouwen weinig beslissingen nemen over de landbouw. Het zogenoemde ‘één-are-model’ moedigde vrouwen aan hun echtgenoot te overtuigen hen een perceel ter beschikking te stellen. Op dit perceel teelden de vrouwen verschillende gewassen (granen, peulvruchten en groenten). Ze pasten technieken toe als teeltvariatie en rotatie om de biodiversiteit te verbeteren. Ze bouwden chemische inputs af door mest en compost te gebruiken en organische bestrijdingsmiddelen toe te passen. Ze verminderden commerciële teelten (suikerriet, sojabonen) ten voordele van voedselgewassen en ook om het waterbeheer te verbeteren. Dit was belangrijk, omdat de regio te maken had met een van de ergste droogtes in 75 jaar.

De studie toonde dat, dankzij deze positieve veranderingen in de man-vrouw-rollen en de toegenomen beschikbaarheid van voedsel, jonge meisjes en vrouwen vaker en gezonder aten. De vrouwen die voor de studie geïnterviewd werden, gaven duidelijk aan dat de kwaliteit en de versheid van hun voedsel veel verbeterd was en dat bijgevolg de gezondheid van het gezin erop vooruit was gegaan. De waarde van voedsel voor eigen consumptie lag 67% hoger dan bij de boeren uit de referentiegroep die zich concentreerden op commerciële teelten. Ook als we kijken naar de waarde van voedsel voor eigen consumptie in het totale inkomen van de gezinnen, is het duidelijk dat de agro-ecologische aanpak de inkomens van plattelandsgezinnen een nieuw elan gaf. Dit was vooral belangrijk in de context van droogte, die armere gezinnen diep in de schulden dreigde te drijven.

De studie toonde ook aan dat de meeste vrouwen dankzij deze aanpak meer beslissingsrecht kregen over grond, teelt en zelfs vermarkting. Naast toegang tot grond was de deelname van vrouwen aan cursussen over leiderschap en in vrouwengroepen essentieel. Bijna 25% van de vrouwen werden coaches en leiders om hun kennis van agro-ecologische praktijken, boerderijbeheer en marketing met anderen te delen.

De socio-culturele dimensie van agro-ecologie is erg bezorgd over rollenpatronen en wil dat eerlijke verhoudingen op alle niveaus in het voedselsysteem erkend en ondersteund worden. Dit voorbeeld toont hoe agro-ecologie, door rekening te houden met man-vrouwverhoudingen en vrouwen hun plaats te geven, kan bijdragen tot empowerment.

Bronnen/verdere informatie

Bachmann, Lorenz, Gonçalves, André, Nandul, Phanipriya (2017). Empowering women farmers’ for promoting resilient farming systems. Sustainable pathways for better food systems in India.