Een eerste kennismaking met agro-ecologie

De drie facetten van agro-ecologie

Agro-ecologie is:

1. Een wetenschappelijke onderzoeksbenadering van agro-ecologische en voedselsystemen

2. Een aantal principes en landbouwpraktijken die de veerkracht en duurzaamheid van voedsel- en landbouwsystemen verbeteren en tegelijkertijd sociale integriteit handhaven

3. Een sociaal-politieke beweging, die focust op de praktische toepassing van agro-ecologie, die nieuwe manieren zoekt om landbouw, productie, distributie en consumptie van voedsel te begrijpen, evenals de wisselwerking van voedsel -en landbouwsystemen met de samenleving en de natuur

De onderlinge afhankelijkheid van agro-ecologie en voedselsoevereiniteit

“Er is geen voedselsoevereiniteit zonder agro-ecologie. En uiteraard zal agro-ecologie niet slagen zonder een beleid over voedselsoevereiniteit dat het ondersteunt”. Ibrahima Coulibaly

We willen voortbouwen op de standpunten van sociale bewegingen die voedselsystemen actief vormgeven en definiëren. We erkennen en respecteren ook het werk dat reeds werd gedaan om het concept agro-ecologie te verduidelijken en te ontwikkelen, en zien het als het fundament voor dit werk.

De Nyéléni Declaration definieert agro-ecologie als een volksbeweging en -gebruik, die van wetenschap en beleid eerder steun dan leiding nodig heeft. Wij beschouwen dit als een dringende oproep om de expertise van voedselproducenten, en van zij die hun voedsel als gemeenschap verbouwen, te erkennen en een centrale plaats te geven in de beleidsvorming en het beheer van voedselsystemen. Het vereist ook dat mensen het recht hebben om ‘het voedselbeleid en de toepassing te controleren’. Vanuit dit perspectief is agro-ecologie inderdaad onlosmakelijk verbonden met voedselsoevereiniteit.

Principes: definitie en kenmerken

De principes zijn een reeks brede richtlijnen die de bouwstenen vormen van agro-ecologie, haar praktijk en uitvoering. Ze hebben de volgende kenmerken:

  • Agro-ecologie promoot principes, eerder dan regels of een stappenplan voor een transitie
  • Agro-ecologie is het effect van de gezamenlijke toepassing van de principes en onderliggende waarden, op de ontwikkeling van alternatieve landbouw- en voedselsystemen. We gaan ervan uit dat de toepassing van het geheel van de principes een stapsgewijs proces is.
  • De principes gelden over geografische regio’s heen maar zullen, afhankelijk van de plaats en de context, tot verschillende toepassingen leiden.
  • Een betere integratie met de natuur, en rechtvaardigheid en waardigheid voor mens, dier en natuurlijke processen: dat is de context waarin we alle principes moeten bekijken.

CIDSE’s visie op voedselsoevereiniteit: Voedselsoevereiniteit is een beleidskader dat de grondoorzaken van honger en armoede  aanpakt door de controle van voedselproductie en –consumptie te her-democratiseren en her-lokaliseren in lokale voedselsystemen. Voedselsoevereiniteit omvat niet alleen de controle van de productie van voedsel en markten, maar tevens de toegang en controle van mensen over land, water- en genetische hulpbronnen, in het bijzonder zaden. Het veronderstelt de erkenning en empowerment van mensen en gemeenschappen opdat zij hun economische, sociale, culturele en politieke rechten kunnen realiseren net als hun noden aangaande de keuze, toegang en productie van voedsel. Het wordt gedefinieerd als: ‘Het recht van mensen om hun eigen voedsel en landbouwsysteem te bepalen; het recht om de nationale landbouwproductie en -handel te beschermen en te reglementeren om duurzame ontwikkelingsdoelstellingen te realiseren; het recht om de mate van zelfvoorziening in voedsel te bepalen; het recht om dumping van landbouwproducten op hun markten te verbieden. Voedselsoevereiniteit ontkent het belang van handel niet, maar promoot een handelsbeleid dat het recht van mensen op voedsel en op een veilige, gezonde en ecologisch duurzame voedselproductie respecteert”. 

“Food Sovereignty: Towards democracy in localised food systems” by Michael Windfuhr and Jennie Jonsén, FIAN-International (2005). CIDSE, EAA (2013). “Whose Alliance? The G8 and the Emergence of a Global Corporate Regime for Agriculture, CIDSE and EAA Recommendations”, p.7.